Rituaal en symboliek

Vrijmetselaars maken gebruik van ritualen, met veel metaforen en symboliek. Een rituele inwijding tot Leerling is eigenlijk een metafoor van het leven zelf. En iedere volgende inwijding, eerst tot Gezel en dan tot Meester, behandelt weer een andere metafoor, een ander aspect van het leven.

Die metaforen kunnen heel eenvoudig zijn, zoals de mens die wordt voorgesteld als een ruwe steen en die hij moet leren bewerken tot een kubieke steen waarmee je een gebouw, de voorstelling van de samenleving, kunt bouwen. De metafoor wordt gaandeweg wat ingewikkelder, op het moment dat de grote levensvragen aan bod komen. Op dat moment krijgen de rituelen een haast episch karakter. De verzamelde wijsheid van de mensheid ligt erin besloten.

Deze “rituele arbeid” speelt zich af in een "loge", of "tempel", bij Loge Corona heel neutraal “werkplaats” genoemd. Deze is op een bepaalde manier ingericht. Maar Vrijmetselaars kunnen eigenlijk overal en waar ze maar willen met heel beperkte hulpmiddelen een werkplaats vormen.

Vrijmetselaars zijn, wanneer ze in hun werkplaats samenkomen, op een bepaalde manier gekleed die gericht is op een zekere rust en eenvoud. In Loge Corona werken we in zwarte kleding en dragen daarnaast het maçonnieke schootsvel (het symbool van de arbeid) en witte handschoenen (het symbool van de beoogde reinheid van die arbeid). Twee krachtige symbolen.

Eén beeld of symbool zegt meer dan 1000 woorden. Het draagt de achterliggende informatie beter en krachtiger over dan woorden zouden kunnen doen omdat ze een beroep doen op ons gevoel. Het creëert in het menselijk brein een beeld, compleet met verschillende mogelijke betekenissen. Symbolen kunnen heel simpel zijn, of heel gecompliceerd, duidelijk en eenduidig of versluierd en multi-interpretabel. Dit geeft dus ruimte voor het zelf maken van keuzes.